Lezing voor de dag: 6 augustus 2025

Datum: 6 augustus 2025

Feest van de Gedaanteverandering van de Heer


Veertig dagen vóór het Feest van Kruisverheffing (14 september) herinnert de feestelijke viering van de Gedaanteverandering van de Heer eraan hoe Christus zijn leerlingen wilde voorbereiden op zijn dood aan het kruis (voor de Joden een aanstoot, 1 Kor. 1, 23). Zijn verheerlijking op de berg Tabor is niet alleen een voorspel van zijn verrijzenis, maar ook een aankondiging van onze aanneming tot kinderen van God, en van de heerlijkheid die eens het gehele Lichaam van Christus ten deel zal vallen. Vandaag ook vieren wij onze Heer onder de titel van Salvator, d.w.z. van de Verlosser opgenomen in heerlijkheid (1 Tim. 3, 16), overeenkomstig Paulus’ woord: Uit de hemel verwachten wij onze Verlosser, die ons armzalig lichaam zal gelijkvormig maken aan zijn verheerlijkt lichaam (Fil. 3, 20-21). Daarom is 6 augustus (datum die ook in verband wordt gebracht met de inwijding – in het verre verleden – van een heiligdom op de berg Tabor) het titelfeest van alle kerkgebouwen die, naar het voorbeeld van de Lateraanse basiliek te Rome, aan Sint Salvator zijn toegewijd. De Gedaanteverandering van de Heer is één van de grote feesten die de Kerken van het oosten en van het westen met elkaar gemeen hebben.

Eerste lezing: Uit de profeet Daniël, 7, 9-10. 13-14.
In mijn visioen zag ik dat er tronen werden geplaatst en dat een hoogbejaarde zich neerzette. Zijn gewaad was wit als sneeuw en zijn hoofdhaar blank als wol. Zijn troon bestond uit vlammen, de wielen ervan uit laaiend vuur. Een stroom van vuur welde op en vloeide voor Hem uit. Duizendmaal duizenden dienden Hem en tienduizendmaal tienduizenden stonden voor Hem. Het gerechtshof zette zich neer en de boeken werden geopend. In mijn nachtelijk visioen zag ik met de wolken des hemels iemand aankomen die op een mens geleek. Hij ging naar de hoogbejaarde en werd voor Hem geleid. Toen werd Hem heerschappij gegeven, luister en koninklijke macht; alle volken, stammen en talen brachten Hem hun hulde. Zijn heerschappij is een eeuwige heerschappij die nooit vergaat, zijn Koninkrijk gaat nooit te gronde.

of:

Eerste lezing: Uit de tweede brief van de heilige apostel Petrus, 1, 16-19.
Dierbaren,
Toen wij u de macht en de komst van onze Heer Jezus Christus verkondigden, beriepen wij ons niet op vernuftig bedachte mythen, maar wij spraken als ooggetuigen van zijn luister. Want Hij heeft van God de Vader eer en verheerlijking ontvangen toen door de verheven Majesteit dit woord tot Hem gericht werd: Deze is mijn geliefde Zoon in Wie Ik mijn welbehagen heb. En deze stem hebben wijzelf uit de hemel horen klinken toen wij met Hem waren op de heilige berg. Hierdoor kreeg voor ons het woord van de profeten nog meer gezag. Ook gij doet er wel aan daarop acht te geven: het is de lamp die licht verspreidt in een donkere ruimte tot het ogenblik dat de dag aanbreekt en de morgenster opgaat in uw hart.

Tussenzang: Ps. 97 (96), 1-2. 5-6. 9.

Antifoon: De Heer is koning:
heel de aarde staat onder zijn macht.

De Heer is koning, de aarde mag juichen,
blij zijn de landen rondom de zee.
Donkere wolken vormen zijn lijfwacht,
recht en gerechtigheid dragen zijn troon.

Bergen smelten als was voor de Heer,
de Heerser van heel de wereld.
De hemel verkondigt zijn heiligheid
en alle volken aanschouwen zijn glorie.

Want heel de aarde staat onder uw macht,
Gij zijt de hoogste der goden.

Alleluia: Mt. 17, 5c.
Alleluia. Dit is mijn Zoon, de Welbeminde, in wie Ik mijn welbehagen heb gesteld; luistert naar Hem. Alleluia.

Uit het heilig Evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Lucas, 9, 28b-36.
In die tijd nam Jezus Petrus, Johannes en Jakobus met zich mee en besteeg de berg om er te bidden. Terwijl Hij in gebed was, veranderde zijn gelaat van aanblik en werden zijn kleren verblindend wit. En zie, twee mannen waren met Hem in gesprek; het waren Mozes en Elia die in heerlijkheid verschenen waren, en zij spraken over zijn heengaan dat Hij in Jeruzalem zou voltrekken. Petrus en zijn metgezellen waren intussen door slaap overmand. Klaar wakker geworden, zagen zij zijn heerlijkheid en de twee mannen die bij Hem stonden. Toen dezen van Hem heen wilden gaan, zei Petrus tot Jezus: Meester, het is goed dat wij hier zijn. Laten wij drie tenten bouwen, een voor U, een voor Mozes en een voor Elia. Maar hij wist niet wat hij zei. Terwijl hij zo sprak, kwam er een wolk die hen overschaduwde. Toen de wolk hen omhulde, werden zij door vrees bevangen. Uit de wolk klonk een stem die sprak: Dit is mijn Zoon, de Uitverkorene, luistert naar Hem. Terwijl de stem weerklonk, bemerkten zij dat Jezus alleen was. Zij zwegen erover en verhaalden in die tijd aan niemand iets van wat zij gezien hadden.

Terug naar overzicht
Deel deze lezing van de dag: