Maandag na de zevende zondag van Pasen
Vrije gedachtenis van de heilige Marcellinus en Petrus, martelaren
De priester Marcellinus en de exorcist Petrus werden tijdens het bewind van keizer Diocletianus gemarteld en in een bos onthoofd omstreeks het jaar 303. Van het verhaal van hun beider marteldood getuigt paus Damasus. Deze had het relaas uit de mond van de beul zelf vernomen. De stoffelijke overschotten van Marcellinus en Petrus werden bijgezet op de begraafplaats aan de Via Labicana. Na de machtsovername van keizer Constantijn de Grote werd boven hun graf een basiliek gebouwd.
Eerste lezing: Uit de Handelingen der Apostelen, 19, 1-8.
Terwijl Apollos in Korinte was, kwam Paulus na zijn reis door het binnenland in Efese. Daar ontmoette hij enige leerlingen aan wie hij vroeg: Hebt gij de heilige Geest ontvangen toen ge het geloof hebt aangenomen? Zij antwoordden: Wij hebben niet eens gehoord dat er een heilige Geest bestaat. Toen zei hij: Hoe zijt ge dan gedoopt? Ze antwoordden: Met het doopsel van Johannes. Paulus hernam: Johannes diende een doopsel toe ten teken van bekering, maar hij zei aan het volk, dat ze moesten geloven in Wie na hem kwam, dat is Jezus. Toen zij dit gehoord hadden, lieten zij zich dopen in de naam van de Heer Jezus. Nadat Paulus hun de handen had opgelegd, kwam de heilige Geest over hen; ze spraken in talen en profeteerden. Bij elkaar waren het een man of twaalf. Hij ging naar de synagoge, waar hij gedurende drie maanden vrijmoedig optrad en hen door zijn uiteenzettingen over het Koninkrijk Gods trachtte te overtuigen.
Tussenzang: Ps. 68 (67), 2-3. 4-5ac. 6-7ab.
Antifoon: Zingt nu voor God, koninkrijken der aarde.Als God zich verheft, stuift de vijand uiteen,
waar Hij zich vertoont, vluchten zij die Hem haten.
Als rook die verwaait, zo verdwijnen de zondaars,
als was voor het vuur, zo vergaan zij voor God.
Maar alle rechtvaardigen juichen van vreugde
en staan onbezorgd voor het Aanschijn van God.
Zingt dus voor God, verheerlijkt zijn Naam,
Hij is de Heer, juicht Hem toe.
Voor wezen een vader, voor weduwen steun
is God in zijn heilige woning.
Verwaarloosden geeft Hij een eigen huis,
gevangenen vrijheid en voorspoed.
Alleluia: Joh. 14, 26.
Alleluia. De heilige Geest zal u alles leren en u alles in herinnering brengen wat Ik u gezegd heb. Alleluia.
Uit het heilig Evangelie van onze Heer Jezus Christus volgens Johannes, 16, 29-33.
In die tijd zeiden de leerlingen tot Jezus: Kijk, nu spreekt Gij onomwonden en gebruikt geen enkel beeld. Nu zien wij dat Gij alles weet. Het is voor U niet nodig dat iemand U ondervraagt. Wij geloven daarom dat Gij van God zijt uitgegaan. Jezus antwoordde hun: Gelooft ge nu? Zie, er komt een uur, ja het is er al, dat gij naar alle kanten verstrooid wordt en Mij alleen laat. Toch ben Ik niet alleen, want de Vader is met Mij. Dit heb Ik u gezegd, opdat gij vrede zoudt bezitten in Mij. Weliswaar leeft gij in de wereld in verdrukking, maar hebt goede moed: Ik heb de wereld overwonnen.