Tienduizenden Drenten door hoge prijzen financieel in de knel
Door de gierende inflatie en een verwachte koopkrachtdaling van 7 procent, komt een steeds grotere groep Drenten en Groningers financieel in de problemen. Uit cijfers van het Trendbureau Drenthe en Sociaal Planbureau Groningen dreigen 72.000 Drentse en Groningse huishoudens bij een verdere stijging van de prijzen niet meer rond te komen.
In Drenthe en Groningen moet ongeveer 1 op de 13 huishoudens rondkomen van een laag inkomen. De toegenomen inflatie treft deze huishoudens het hardst. Met de huidige koopkrachtdaling komen echter ook nieuwe groepen, zoals tweeverdieners en woningeigenaren, financieel in de knel.
Met de winter voor de deur is het de vraag hoe een grote groep Drenten en Groningers de financiële lasten gaat dragen. De situatie is urgent, zegt Erik Meij van Trendbureau Drenthe en Sociaal Planbureau Groningen: “Door de toenemende inflatie komt de bestaanszekerheid van een grote groep onder druk, terwijl hard nodige maatregelen uit Den Haag pas volgend jaar genomen worden. Dat is voor veel huishoudens waarschijnlijk te laat.”
Het kabinet heeft dit jaar al ruim 6 miljard euro uitgegeven aan koopkrachtreparatie, zoals de energiecompensatie en brandstofaccijnsverlaging. Huishoudens die dit jaar gebruik konden maken van de energietoeslag zijn tijdelijk geholpen, maar de echte klap komt voor hen volgend jaar, zo voorspelt het CPB. Voor 2023 staat er daarom een volgend miljardenpakket klaar om de koopkracht van huishoudens te vergroten.
Steeds grotere groep kan niet meer rondkomen
De huidige koopkrachtdaling maakt een grotere groep mensen kwetsbaar voor financiële problemen. Het CPB verwacht dat meer dan 4 op de 5 huishoudens met een laag inkomen betalingsproblemen krijgt als de prijzen nog verder zullen stijgen.
In februari van dit jaar gaf 17 procent van de Drenten en 20 procent van de Groningers al aan dat zij moeite hadden met het betalen van de energierekening. In oktober doen Trendbureau Drenthe en Sociaal Planbureau Groningen opnieuw een onderzoek onder hun panels om de ontwikkelingen in beeld te krijgen. Het zijn niet meer alleen uitkeringsgerechtigden en mensen met een laag inkomen die hard getroffen worden, ook financieel meer weerbare groepen komen in de knel. De toename van het aantal huishoudens dat tegen financiële problemen aanloopt kan dan ook oplopen tot zo’n 72.000 huishoudens in Drenthe en Groningen.
Dit beeld wordt bevestigd door een uitvraag van Trendbureau Drenthe en Sociaal Planbureau Groningen onder verschillende instanties die mensen met financiële problemen ondersteunen. Deze instanties zien dat meer én andere groepen een beroep doen op hun diensten. Zo kreeg de Voedselbank Zuidoost Drenthe tussen januari en september 500 nieuwe aanvragen, waarvan iets meer dan de helft kon worden toegelaten.
Niet repareren, maar voorkomen
De vraag is hoe gemeenten inspringen op deze snelle toename in het aantal mensen met financiële problemen. Nieuwe groepen zijn namelijk lang niet altijd bekend bij gemeenten, omdat ze geen uitkering of schulden hebben maar juist inkomen uit werk.
Instanties in Drenthe en Groningen geven aan zich zorgen te maken over wat er nog komen gaat. Er is veel onzekerheid, maar alle instanties verwachten een grote toename van hulpvragen. “Voor de meeste mensen komt de eindafrekening van de energie nog. Dat is nu nog abstract en daarom kunnen mensen nog de kop in het zand steken”, zegt Christa Slim, programmamanager bij de gemeente Coevorden. Omdat de groep mensen die hulp nodig heeft nog zo onzichtbaar is, zet de gemeente in op bewustwording. “Door meer te communiceren welke voorzieningen er zijn, hopen we dat mensen ons weten te vinden wanneer ze financieel in de problemen komen. Ook kan het helpen om als werkgever in gesprek te gaan met medewerkers over de problemen die zij zien. We hebben hier de komende tijd in onze contacten met bedrijven meer aandacht voor en ook als werkgever zelf.”
Naast inspanningen van gemeenten en andere instanties zullen er op structureel niveau maatregelen moeten worden genomen. “De dringende uitdaging die er ligt is om de financiële problemen niet achteraf te repareren, maar juist te voorkomen. Dat vraagt om serieuze inspanningen van gemeenten om de groepen in beeld te krijgen, maar ook om tijdige en structurele ingrepen uit Den Haag. Daarbij kun je denken aan het versnellen van de energietransitie van lage- en middeninkomens, zo snijdt het mes aan twee kanten.” zo stelt Erik Meij. “De vraag is of huishoudens kunnen wachten tot volgend jaar.”
Terug gaan